Henri Stock draaide een impressionistisch portret van zijn geboortestad Oostende. De film is opgedeeld in een aantal visuele hoofdstukken, zoals de haven, wind, schuimende golven, duinen en regen. De blik wordt geleid door sensuele indrukken waarbij het lichtinval, composities, texturen en ritmes van het water, het zand en de golven filmische elementen worden. De cinematografie wordt uit haar verhalende functie ontheven en ontsluit een filmische werkelijkheid.
‘Wat een water, wat een water!’
Jean Vigo
‘Voor de eerste maal slaagt een film erin het typische zee-gevoel van duizelingwekkende diepte over te brengen: immense massa bezield door duizend ritmes. De beweeglijkheid van de golven, de beelden die ze oproepen – zowel van horizonten als van diepten – dat alles wordt prachtig weergegeven met eenvoudige middelen, die verrassen, maar doel treffen. Het schuim van de zee, de ankers en de wind vormen filmische gedichten die geweldige mogelijkheden bieden aan de poëtische documentaire filmkunst.’
Negativo, hoja del Cine Club, Buenos Aires